
2017-02-23
Elke dag is anders en het is nooit van tevoren in te schatten welke interessante stukken er op je pad komen. Recent kochten wij een armband aan die, na diepgaand onderzoek, door ons wordt toegeschreven aan Louis Wièse.
De armband is uit gevoerd in neogotische stijl, een van de vele kunststromingen die in de eclectische
19de eeuw naast elkaar voorkwamen. Decoratieve elementen uit de gotiek zien we terug in de juwelen. Met name de vensters van de kerken vormden een grote inspiratiebron. De sierlijke lijnen van de raamtraceringen, drie- en vierpassen, visblaas, druppel en de hol en bol gebogen driehoeken, leenden zich bij uitstek om uitgevoerd te worden in goud.
De armband met drie fijn bewerkte neogotisch schakels werd in 1878 besteld bij Wièse voor het huwelijk van de 17 jarige prinses Charlotte van Pruisen met prins Bernhard van Sachsen-Meiningen. Zij was de dochter van de Duitse keizer Frederick III en diens vrouw Victoria, zuster van de latere keizer Wilhelm II en een kleindochter van de Britse koningin Victoria. De korte plechtigheid op 18 februari vond plaats in het keizerlijk slot te Berlin, om 6 uur in de avond. Tegelijk tijdig huwde prinses Elisabeth Anna met prins Frederick August van Oldenburg.
De dubbele huwelijksplechtigheid was een groot spektakel en de eerste sinds het ontstaan van het Duitse Keizerrijk in 1871.
De neogotiek kwam in Frankrijk onder de aandacht door de restauratie werkzaamheden van de architect Eugène Emmanuel Viollet-le-Duc (1814-1879). Vele kathedralen die tijdens de barok en de Franse Revolutie in verval waren geraakt, werden onder zijn leiding gerestaureerd. Hij werkte onder meer aan de Notre-Dame in Parijs en de kathedralen in Amiens, Chartres, Reims, Sens en Toulouse. Dergelijke grote projecten werden uitgebreid beschreven in de gedrukte pers in die tijd vanwege de toenmalige grote belangstelling voor de late middeleeuwen. In Engeland verscheen in 1819 de roman 'Ivanhoe' geschreven door Walter Scott. Het was de aanzet tot een nieuw genre, de historische roman, een fictief verhaal in een historisch geschiedkundig correct kader. Ridders en jonkvrouwen beantwoorden aan het romantische ideaal van de Victoriaanse tijd.
Op 12 mei 1842 vond op Buckingham Palace het Plantagenet bal plaats. Koningin Victoria en prins Albert waren gekleed als Filippa van Henegouwen en koning Edward III van Engeland. Verkleed bals met een thema waren gedurende de hele 19de eeuw aan alle hoven van Europa zeer geliefd. Invloeden van de historische kleding vonden ook hun weg naar de dagelijks gedragen mode japonnen. Voor deze bals was het niet ongebruikelijk om speciaal vervaardigde sieraden te dragen. Complete parures werden voor zulke feesten gedemonteerd door de vooraanstaande juweliershuizen om als versieringselementen van het beoogde historische kostuum te dienen. Men liet zich portretteren of fotograferen om de rijke kleding voor het nageslacht vast te leggen. Op zo’n foto, gedateerd 1883, is prinses Charlotte van Pruisen te zien.
Jules en Louis Wièse
De in 1818 te Berlijn geboren Jules Wièse vertrok al op 16 jarige leeftijd naar Parijs. Na zijn opleiding bij de Duitse hof goudsmid Johann Georg Hossauer kwam hij in Parijs bij Jean-Valentin Morel terecht, een goud- en zilversmid die bekend stond om de hoge kwaliteit van zijn werk. In 1839 trad Wièse bij de vooraanstaande juwelier François-Désiré Froment-Meurice in dienst. Na zichzelf opgewerkt te hebben tot chef van de werkplaats startte hij in 1845 een eigen atelier op 7 rue Jean-Pain-Mollet. Hij bleeft opdrachten van zijn voormalige werkgever Froment-Meurice uitvoeren en in 1849 ontving Jules Wièse een medewerkers medaille op de 11de Franse Industriële tentoonstelling. Froment-Meurice sterft 17 februari 1855. Op de Wereldtentoonstelling van Parijs, gehouden van mei tot november 1855, toont Jules Wièse werk onder zijn eigen naam en ontving hiervoor twee 1st klas medailles. Een voor zijn goudsmidswerk en een voor zijn sieraden.
De Wièse armband uit de collectie Dekker Antiquairs
Een armband in goud, zilver en onedel metaal door Jules Wièse in origineel etui: Froment-Meurice, 372 Rue St. Honoré. De armband zelf is met het meesterteken Jules Wièse gekeurd wat gebruikt werd van 1844 tot 1880.
Jules Wièse geloofde dat de waarde van een object in de kwaliteit van het ontwerp en de uitvoering lag en niet in de waarde van de gebruikte materialen. Hij introduceerde machine gemaakte sieraad elementen en gebruikte aluminium in plaats van zilver of verguld zilver voor goud. Wièse verkocht zijn bedrijf in 1880 aan zijn jongste zoon Louis Daniel Wièse en dochter Marie Marguerite. Pas na de dood van Jules Wièse in 1890 registreerde Louis Wièse zijn eigen meester teken.
Sieraden van Wièse zijn wereldwijd in belangrijke museale juwelencollecties aanwezig, o.a. in het Rijksmuseum Amsterdam, British Museum Londen en Museé des Arts Décoratifs Parijs.

Vele kathedralen die tijdens de Barok en de Franse Revolutie in verval waren geraakt, werden onder zijn leiding gerestaureerd

Op deze foto, gedateerd 1883, is prinses Charlotte van Pruisen te zien.

De Wièse armband uit de collectie Dekker Antiquairs
