
2016-06-18
Micromozaïeken zijn de 19e-eeuwse souvenirs uit Rome. Lees in dit artikel alles over de ontwikkeling van deze minutieuze hoogstandjes en klik door naar het topstuk dat we op dit moment in de collectie hebben.
Micromozaïeken zijn de 19e-eeuwse souvenirs uit Rome. Ze zitten in broches, hangers, armbanden, colliers, oorhangers en hele parures omdat vanaf de late 18e eeuw er een grote interesse was in alles wat met de klassieke oudheid te maken had.
Op deze manier konden ‘grand’ toeristen een afbeelding van het Colosseum, of van het landschap van Rome en omgeving mee naar huis nemen, maar ook miniatuurversies van mozaïeken uit de oudheid, zoals Plinius’ duiven op het Capitool, insecten, vogels en honden. Vaak werd de boodschap 'Pense à moi', denk aan mij, toegevoegd.
'Finishing touch'
Van de 17e tot de 19e eeuw was de Grand Tour door Europa het laatste onderdeel van de opvoeding van elke jongeman uit de hogere klassen. Zo kon het continent en haar kunst, cultuur en geschiedenis ontdekt worden en tegelijkertijd een internationaal netwerk worden opgebouwd. Natuurlijk was Rome een van de belangrijkste reisdoelen.
In 1817 bezocht de Engelse schrijfster Charlotte Eaton Rome, waar ze ‘honderden kunstenaars [..] vond die de productie van mozaïeken op kleine schaal voortzetten. Snuifdozen, ringen, colliers, broches, oorhangers, etc., worden in immense hoeveelheden gemaakt, en sinds de Engelsen in groten getale naar Rome gaan, zijn alle straten die naar Piazza di Spagna leiden gevuld met de winkels van deze musaicisti.’
Vrede
Inderdaad, de Engelsen waren massaal in Rome. Sinds het einde van de Zevenjarige Oorlog in 1763 was er een lange periode van vrede waardoor de aristocratische Grand Tour weer opbloeide, met de Franse Revolutie in 1789 en Napoleon’s Italiaanse campagne in 1796 als verstorende factoren. En toen Napoleon in 1815 zijn Waterloo vond, was Charlotte Eaton in Brussel, waarna ze ongestoord verder kon reizen naar de eeuwige stad.
Met de definitieve vrede en betere reismogelijkheden veranderde het toerisme van grand naar modern, wat de Romeinse micromozaïekindustrie nog verder deed groeien. Deze micromozaïeken werden trouwens niet alleen in Rome verkocht, maar ook naar juweliers in bijvoorbeeld Londen en Parijs gestuurd, die ze in juwelen zetten.
Technische ontwikkeling
Mozaïeken zijn overal in Rome zichtbaar in monumenten en kerken. Vanuit de Fabbrica di S. Pietro, de werkplaats van de St. Pieterbasiliek, werd in 1727 de Vaticaanse Mozaïekstudio opgericht. Micromozaïeken werden al in de 17e eeuw gemaakt, maar in de 18e eeuw begonnen de ambachtsmannen die in de studio werkten ook freelance micromozaïeken op een grotere schaal te produceren. De bezetting van Rome door de Fransen in 1798 ruïneerde de musaicisti die aan kerken werkten bijna volledig. Door hun aandacht te verschuiven naar micromozaïeken voor andere objecten konden ze hun hoofd boven water houden.
Rond 1775 zorgde een innovatie in de productie ervoor dat van micromozaïek plaquettes juwelen konden worden gemaakt. De Vaticaanse studio bedacht een systeem waarbij staafjes glas in een groot aantal kleuren konden worden gesponnen: meer dan 28.000 kleuren zijn bekend. Deze staafjes werden in kleine stukjes geknipt tot ‘tesserae’ die bij elkaar werden gezet in plaquettes op een glas of stenen achtergrond. Een goed micromozaïek kan een paar duizend tesserae per vierkante centimeter bevatten. Minutieus, niet?
Bewonder onze micromozaïeken en lees meer over het uitzonderlijke collier:
- Collier uit de late 18e eeuw
- Neo-Etruskisch collier

